Heftige taferelen
Toen een ziekenhuis in de provincie Zuid-Holland ons om hulp vroeg om het vaste team schoonmakers te versterken, hoefden we daar niet lang over na te denken. Wel rees de vraag over de veiligheid van onze mensen. Objectleiders Esmeralda, Jacqueline, Daisy, Kevin en Coreije verdiepten zich in de vraag van het ziekenhuis. Welke shifts hebben prioriteit, wat zijn de veiligheidsmaatregelen en hoe werkt het beschermingspak? Met deze kennis benaderden zij schoonmakers uit hun teams, die zich wilden inzetten voor hun medemens.
“Het is niet voor iedereen weggelegd,” vertelt objectleidster Coreije. Door haar vroegere schoonmaakbaan in een ziekenhuis weet ze hoe heftig het kan zijn. “Sommige mensen zijn bang. Dat moet je accepteren en respecteren. Ik begrijp het wel. Maar als ik naar mezelf kijk, ben ik rustiger als ik aan het werk ben in het ziekenhuis dan wanneer ik thuis op de bank zit en het nieuws op afstand volg.”
Inmiddels werkt er een enthousiaste en betrokken groep Beercoo-collega’s in het ziekenhuis. Zij worden met open armen ontvangen door het vaste team en horen er helemaal bij. In een WhatsApp-groep plannen ze openstaande shifts in, delen ze hun tips en spreken ze dagelijks hun complimenten naar elkaar uit. Het samenhorigheidsgevoel in dit team is groot.
“Het is een rare situatie waar je in zit. Wat je op het nieuws ziet, gebeurt voor je ogen”
Van helden naar superhelden
Jacqueline, normaal gesproken objectleidster in de regio Lansingerland, vormt een goed team samen met haar ‘buddy’ van het ziekenhuis. Ze desinfecteren samen de coronakamers. De één sprayt het desinfectiemiddel en de ander gaat er met een wegwerpdoek achteraan. “We maken meestal een klein praatje met de patiënt, die ons dan bedankt voor het werk dat we doen. Ze vinden het knap dat we het er allemaal voor over hebben om, in volledige uitrusting, dit voor hen te doen. Bij sommigen zie je de hoop in hun ogen, bij anderen zie je verdriet en pijn. We worden overladen met complimenten en er staat regelmatig wat lekkers voor ons klaar als we pauze hebben.”
Professionele veiligheidsbrillen zijn schaars. Omdat vuurwerkbrillen de klus ook klaren, zamelden vrijwilligers deze massaal in. Na elke shift doen zorgverleners hun beschermende pakken uit en brillen af, die vervolgens grondig worden schoongemaakt. “Op een gegeven moment hadden we 150 brillen afgewassen en afgedroogd. Er was net een dienstwisseling en verpleegkundigen liepen naar ons toe om ons te bedanken dat ze weer schoon waren,” vertelt Coreije. Door het gebruik van mondkapjes, beslaan de brillen snel en geeft het een benauwd gevoel. “Het is bizar om te zien hoe zij uit hun dienst komen. Volledig bezweet. Zij leveren ook topprestaties.”
“We maken een praatje met patiënten. Bij de één zie je angst en verdriet in hun ogen, bij de ander hoop”
Dankbaarheid uit alle hoeken
Het werk in het ziekenhuis is psychisch uitdagend. Het fijne gevoel dat schoonmakers krijgen als een ziekenhuiskamer na behandeling weer helemaal schoon is. Maar tegelijkertijd weten ze ook dat de volgende patiënt alweer staat te wachten. Nuchter of niet, dat doet iets met je. Het feit dat mensen op allerlei manieren hun dankbaarheid tonen voor de vitale beroepsgroepen, is waardevol. Het geeft kracht om door te gaan.
Zo kwam er een tijdje terug onaangekondigd een colonne van brandweerlieden en politieagenten voor het ziekenhuis staan met loeiende sirenes. Ze stapten uit hun auto’s en begonnen te klappen. Suzanne was op dat moment aan het werk en filmde het.
In ons geheugen gegrift
De mensen in het Beercoo ziekenhuisteam vinden het vanzelfsprekend om in actie te komen. “Een collega werkt zelf al 38 uur op haar vaste panden, maar voelt zich geroepen om ook hierbij te helpen. Dat is mooi. Dat zijn echte Beercoo-mensen,” vertelt Coreije trots.
Zorgpersoneel wordt momenteel op handen gedragen. Steunacties, applaus, hulp bij kinderopvang, allemaal zodat zij hun werk goed kunnen uitvoeren. Even lijken de berichtgevingen over agressie en geweld tegen hulpverleners tijdens oud & nieuw ver weg. Hopelijk blijft dat zo. En vergeten we nooit meer het belang van de vitale beroepsgroepen.